De store

De supermarkt in Ukarumpa heet gewoon ‘the store’, dus geen AH of Jumbo, nee gewoon ‘de winkel’. Als je binnenkomt verwacht je als Nederlander vijf soorten chocopasta, vijftig soorten koekjes, muesli in overvloed en ga zo maar door… Precies het tegenovergestelde van wat je hier kunt vinden. Eén klein, hooguit twee potjes chocopaste,  zo ongeveer  tien soorten koekjes en een paar soorten muesli. Het assortiment is veel en veel kleiner dan in Nederland en het komt regelmatig voor, dat er dingen uitverkocht zijn of het product gewoon niet in de winkel ligt. Je moet dan geduldig wachten tot er weer een container vanuit Amerika of Nieuw-Zeeland wordt geleverd.

Doordat er veel geïmporteerd wordt vanuit deze landen, zijn de meeste producten best duur en denk je vaak goed na of je iets wel echt nodig hebt of dat je best zonder kunt.  

De keerzijde daarvan is dat je thuis veel zelf gaat maken. Zo maak ik zelf chocopasta, koek en muesli. Het is kostenbesparend en je hebt het dan ook eigenlijk altijd wel in huis.

Wij halen bij een plaatsje, een kwartier rijden hiervandaan vaak onze grote boodschappen. Het is daar goedkoper en je kunt veel dingen in grootverpakkingen kopen, zoals bijvoorbeeld bloem in een zak van 25 kilo. Daar kunnen we dan weer even mee vooruit. Het is ideaal voor het bakken van brood, koek en pannenkoeken.

De lokale markt

Het fruit en de groente halen we hier op de lokale markt. Elke maandag-, woensdag- en vrijdagmorgen is er van zes tot acht uur markt. De lokale mensen die rondom Ukarumpa wonen, komen met hun fruit en groente, die ze uit hun eigen tuin halen, naar Ukarumpa, om het daar aan ons – alle inwoners van Ukarumpa –  te verkopen. Er worden kleedjes op de grond gelegd waar ze het op uitstallen. Zo kun je kijken welke groente en fruit er het beste uitziet en wat je wilt kopen.  Er wordt veel lokaal eten verkocht, zoals zoete aardappel, verschillende soorten bladgroente, bananen en ananassen. Ook bekende soorten groente en fruit zoals sla, broccoli, wortels, sperzieboontjes, aardbeien, tomaten en citroenen. Wij hebben het geluk dat we in de hooglanden wonen. Hier kunnen meer soorten groente en fruit verbouwd worden, omdat het hier kouder is dan in de laaglanden.

Thuisgekomen van de markt moet ik de groente en het fruit dat je met schil en al eet eerst bleken. Dit houdt in dat je het in een bak met water en twee dopjes chloor een kwartiertje moet laten weken. Dit doen we om te voorkomen dat we ziektes overnemen van de lokale bevolking. De chloor zorgt ervoor dat alle bacteriën worden gedood.

In Nederland was ik best vaak van het gemak; bij de macaroni gewoon hup een zakje groenten uit de koeling erin, bij stampot andijvie een zak gesneden en gewassen andijvie uit te winkel. Ideaal. Hier moet ik dus echt een stapje terug, alle groenten moeten eerst gebleekt en daarna gewassen worden. Vervolgens kan ik het dan snijden en koken. Neemt best veel tijd in beslag dus. Gelukkig went alles!